Volgens het Guinness Book of Records zijn de moeilijkste talen het Tabassaran in de Kaukasus omdat deze taal maar liefst 48 naamvallen kent; de Noord-Amerikaanse indianentaal Haida, die de meeste voorvoegsels ter wereld heeft; Amale uit Papoea-Nieuw-Guinea, de taal met de meeste werkwoordsvormen; en de taal van de Inuit (Eskimo’s) in Alaska en Groenland met alleen al 63 verschillende werkwoordsvormen voor de tegenwoordige tijd en meer dan 252 verbuigingen voor zelfstandige naamwoorden.

Het allermoeilijkst zijn de kliktalen die op het Afrikaanse continent voorkomen. Xhosa, moedertaal van Nelson Mandela, is één van deze. De moeilijkste kliktaal is het !Xóõ (Taa), gesproken door 3.000-4.000 mensen in Botswana en circa 200 mensen in Namibië. !Xóõ kent een enorme klankinventaris: 5 klinkers, 56 medeklinkers en niet minder dan 80 klikmedeklinkers. Daarnaast is er nog de ‘kiss’, een klank met een zoengeluid. Overigens kun je deze taal maar beter niet leren: het schijnt dat sprekers vaak een gezwel op het strottenhoofd ontwikkelen.

Al deze talen kun je niet bij Instituut Jeroen Bosch leren. We houden we het bij 26, waaronder Pools, dat met zijn moeilijke uitspraak en zijn 7 naamvallen al ingewikkeld genoeg is!